Boekvertalers Over het vak, de vertaler, de wereld en het boek

2 maart 2012

Over het vertalen van 30 Nagte in Amsterdam

Filed under: vertaalpraktijk — Tags: , , — Martine Vosmaer @ 9.45 uur

Etienne van Heerden, 30 Nachten in AmsterdamOnlangs heb ik samen met Etienne van Heerden opgetreden voor masterstudenten in Utrecht, naar aanleiding van zijn boek 30 Nachten in Amsterdam. Etienne van Heerden vertelde bij deze gelegenheid over het schrijven van de roman, over zijn samenwerking met de Engelse vertaler en over zijn ambivalente houding ten opzichte van vertalingen: ‘Het is hetzelfde gevoel als wanneer je dochter met een vriendje thuiskomt. Afblijven, denk je, al weet je in je hart dat het onvermijdelijk is, dat het allemaal goed kan komen en dat het misschien een hele aardige jongen is.’

Daarna mocht ik mijn kant van het verhaal vertellen.

Om te beginnen wil ik benadrukken dat ik het boek samen met Karina van Santen heb vertaald. Als ik het over ‘we’ heb is dat geen pluralis majestatis, dan bedoel ik Karina en mij. We werken nauw samen, al heel lang, en als een vertaling af is weten we meestal niet meer wie verantwoordelijk is voor die prachtige vondst of die stomme blunder. Gelukkig maar, zou ik bijna zeggen.

Engels of Afrikaans?
30 Nachten kregen we aanvankelijk aangeboden als vertaling uit het Engels. Er was geen vertaler Afrikaans beschikbaar en Etienne van Heerden had erin toegestemd dat de vertaling uit de Engelse versie zou worden gemaakt. Hij had die vertaling zelf nagekeken en van uitgebreid commentaar voorzien, dus in principe zou dat geen problemen opleveren.

Ik had al eens iets gelezen van Van Heerden en het Afrikaans had onze belangstelling, met name de Afrikaanse poëzie. En als ik in Zuid-Afrika ben (bijna elk jaar de afgelopen tijd), lees ik altijd een Afrikaanse krant, Die Burger, al moet ik zeggen dat ik die niet altijd kan volgen. Maar dat is de vergissing die je gauw maakt; de taal van een krant mag dan minder gecompliceerd zijn dan de taal van een roman, het gaat om de context, en die ken je vaak niet of niet voldoende.

Maar goed; wij zijn dol op een uitdaging, we zijn bijna gespecialiseerd in het vertalen van snaakse boeken, en dus riepen we onmiddellijk dat we uit het Afrikaans gingen vertalen. Met de Engelse versie ernaast en veel hulp van de schrijver zou dat moeten lukken.

Proeve
Gelukkig hebben we Van Heerden al vrij snel ontmoet, tijdens een Festival voor het Afrikaans in het Tropenmuseum. Het is veel gemakkelijker vragen te stellen aan een auteur die je in levenden lijve hebt gesproken.

Voor dat festival moesten we overigens ook een eerste proeve laten zien: de vertaling van een tekst die van Heerden voorlas in het Afrikaans, waarbij onze vertaling werd geprojecteerd. Het was heel leerzaam, en confronterend, onze eigen tekst voor ons te zien terwijl we tegelijkertijd het origineel hoorden, en dus ook het ritme, de melodie van de taal. Hoewel ik inmiddels vrij moeiteloos Afrikaans lees en het ook redelijk kan verstaan (een beetje afhankelijk van de spreker), vind ik de uitspraak nog steeds heel lastig.

Aan het werk dus met deze nieuwe taal.

We schaften ons woordenboeken aan: het digitale WAT, het Woordenboek Afrikaanse Taal, dat helaas niet verder dan de letter R gaat. Soms kun je woorden die je zoekt in een ander lemma terugvinden, maar er blijken toch wel erg veel woorden te zijn die met de letters R t/m Z beginnen. Hoewel de Z nog wel gemist kan worden. Dus moest er ook de papieren Pharos komen, die minder uitgebreid is, maar wel het hele alfabet omvat. En ten slotte kochten we de pas verschenen ANNA (woordenboek Afrikaans-Nederlands, Nederlands-Afrikaans). In dat woordenboek zijn het Afrikaans en het Nederlands in hetzelfde lemma verwerkt, wat voor een vertaler een ramp is. Alle woorden moeten bij het Nederlandse lemma worden opgezocht, en daar staan dan de Nederlandse en de Afrikaanse betekenissen van het woord onder elkaar. Toen bleek overigens weer hoe gevaarlijk het is om je op een tweetalig woordenboek te verlaten: bij gesels staat bijvoorbeeld keuvelen, babbelen. Na een tijdje ontdekten we dat er wel erg veel gebabbeld c.q. gekeuveld werd in onze vertaling, en dat het misschien ook wel gewoon met praten kon worden vertaald. Toch heeft dit woordenboek zijn nut bewezen, met name voor het opzoeken van uitdrukkingen. Hoe had ik anders kunnen ontdekken dat de prachtige uitdrukking die oortjies van die seekoei ‘het topje van de ijsberg’ betekent? En ter verduidelijking: een seekoei is een nijlpaard, een van de gevaarlijkste dieren van Afrika. Als het beest zwemt, zie je alleen die oortjes en is dat kolossale lijf onder water verborgen.

Valse vrienden
Hiermee kom ik bij een van de eerste problemen die we bij het vertalen tegenkwamen. Het Afrikaans lijkt heel erg op het Nederlands, en ook weer niet. Het gevaar van valse vrienden is groot. Gelukkig hebben we in bijna 30 jaar vertaalervaring geleerd altijd op onze hoede te zijn. Elk woord moet drie keer omgedraaid en van alle kanten bekeken. En dat heeft ons voor veel uitglijders behoed. Ook het vertalen als duo bleek weer een zegen; als de ene met open ogen in een instinker trapte, haalde de ander die er weer feilloos uit.

Een paar voorbeelden: amper betekent in het Afrikaans ‘bijna’. Een zaal die amper vol zit, is in het Afrikaans dus een stampvolle zaal.

Het Afrikaanse kuier betekent helemaal niet kuieren, maar op bezoek komen, logeren.

Etienne van Heerden gebruikte tijdens een voordracht in Utrecht het woord verteken. Daarmee bedoelde hij niet vertekenen, in de pejoratieve betekenis, maar opnieuw tekenen, een nieuwe draai geven.

Ander voorbeeld: selfbewus. In het Afrikaans heeft dat de betekenis van het Engelse self-conscious gekregen. Dus min of meer het tegenovergestelde: verlegen, onbehaaglijk. En in een ander boek kwamen we laatst de uitdrukking Jy trek my been tegen, een letterlijke vertaling van You’re pulling my leg.

En daar kom ik op een ander probleem bij het vertalen van Afrikaans. Het is een van de vele talen van Zuid-Afrika, en met name door het voortdurende contact met het Engels is er veel Engels in de taal geslopen. Alleen op andere manieren dan in het Nederlands. Waar wij achteloos Engelse woorden als computer en laptop gebruiken, heet dat in het Afrikaans rekenaar en schoot-rekenaar. Het is bij het vertalen soms een lastige keuze, waar we ook uitvoerig over hebben gediscussieerd met Van Heerden: laten we Engelse uitdrukkingen staan, of vertalen we die?

Op het ogenblik zijn we bezig met de vertaling van Afrikaanse thrillers van Deon Meyer, en in die boeken vertalen we bijna al het Engels, soms hele bladzijden (een Amerikaans meisje in dat boek spreekt bijvoorbeeld consequent Engels), omdat thrillers natuurlijk voor een breder publiek zijn geschreven. Bij ‘hoge’ literatuur kan meer Engels blijven staan. Maar het blijft een lastige keuze. Want weet de gemiddelde lezer wat swanky is? Enigszins tegenstribbelend hebben we het laten staan. Soms hebben we het ene Engelse woord vervangen door een ander dat hier meer bekend is.

Ook de zinsbouw gaat soms veel meer naar het Engels toe. Een voorbeeld is het achter het werkwoord plaatsen van adjectieven. Ik kon niet direct een voorbeeld in dit boek vinden, helaas, maar het is een constructie als: ‘Hij liep door de straat, langzaam, bedachtzaam, en toen ging hij een café binnen.’ Dat is een keer als stijlfiguur wel leuk, maar in het Nederlands ongebruikelijker.

Twee stemmen
Terug naar deze vertaling. Het boek heeft twee stemmen: Henkie, een wat saaie, teruggetrokken man, en Zan, zijn flamboyante tante.

Henk praat redelijk ‘gewoon’, al wordt hij soms zo overweldigd door zijn ervaringen in Amsterdam dat ook hij vrij bloemrijk wordt. Maar tante Zan verkent echt de grenzen van de taal. Het probleem voor ons was niet hoe we de grenzen van het Nederlands moesten opzoeken, dat kost ons geen enkele moeite, maar hoe we erachter moesten komen waar het taalgebruik redelijk normaal Afrikaans was en waar tante Zan over de schreef ging. Bovendien speelt een groot deel van het verhaal zich af in de jaren zestig in Zuid-Afrika. Toen hier de flowerpower in volle hevigheid losbarstte, was er in Zuid-Afrika nog geen televisie en barstte de Apartheid in volle hevigheid los. Daarnaast speelt het boek zich af in de Karoo, een afgelegen en verlaten streek met kleine stadjes en geïsoleerde boerenbedrijven. Streng gereformeerd. Dominees woord is wet. Tegen die starheid komt Zan in opstand.

Zans excentrieke taalgebruik uit zich in verschillende vormen:

  • Op zinsniveau, waar soms de grammatica wordt losgelaten en de zinnen instinctief en associatief hun weg gaan.
  • Op woordniveau: veel van de vragen die we aan Van Heerden stelden betroffen woorden die we nergens konden vinden, of woorden die we wel konden vinden maar waar we het register of de kleur van wilden weten.
  • In uitdrukkingen, beeldspraak, gezegdes en strofen uit liedjes.

Het laatste leverde de meeste problemen op omdat we daar moesten uitkijken dat de vertaling niet te ‘Hema’ werd (of te ‘Ajax’, zoals dat vroeger wel werd genoemd, kortom, té typisch Nederlands) en dat de uitdrukkingen, beeldspraak enzovoort dezelfde sfeer behielden.

Een paar voorbeelden:

Jy sluk jou woorde as jy ’n De Melker is, jy plaas ’n wag voor jou lippe jy kap jou regterhand af. Of jy vat jou goed en trek, Ferreira. Môre gaan ek seaside toe.
Je slikt je woorden in als je een De Melker bent, je zet een wachter voor je lippen je hakt je rechterhand af. Of je pakt je boeltje en licht het anker. De zee de zee klotst voort.

Vat jou goed en trek Ferreira Jannie met die hoepelbeen die koffie’s kant en klaar! Klopdisselboom loop Rooi Gevaar af in Somersetstraat, links by die kerk woerts reguit Sobukwewêreld toe, lokasie-van-my-nasie! Maar die smartiehuisie is gesluit, daar’s geen asem nie en ek ry terug. Gaan sit maar voor die Groot Kerk op die bankie en maak Briefboet se skrywe oop.
Pak je boeltje licht het anker laat de poppetjes dansen de koffie is bruin! Leien dakje vertrekt het Rooie Gevaar de Somersetstraat af, links bij de kerk woesj recht naar Sobukwewereld, lokasie-van-mijn-nasie! Maar het smartiehuisje is dicht, geen leven daar en ik rij terug. Ga maar voor de Grote Kerk op de bank zitten en maak het epistel van Briefbroer open

Jy kan hom swaai, jy kan hom draai, maar hy bly aai aai die witborskraai.
Het Spaanse graan heeft de orkaan doorstaan en met een vliegtuig naar de maan.

Julle kinders van die wolke, julle Patrys-hulle julle penkoppe, Stinkie en sy maats, wat soek julle hier in my privaatheid? Ek is ’n Aktrise
Stelletje bokkenrijders, padvinders, lorejassen, Jan Rap en zijn maat, wat zoeken jullie hier in mijn privacy? Ik ben een actrice

Seuns van die wolke is de titel van een boek over piloten. We hebben daar Bokkenrijders van gemaakt (geesten die op bokken door de lucht rijden, maar ook gauwdieven), omdat we geen verwijzingen konden vinden naar literatuur die in Nederland bekend is, maar ook aannemelijk in de Afrikaanse context. Normaal gesproken zouden we niet zo gauw noten in een roman zetten, maar het was ons opgevallen dat het in de andere vertaalde boeken van Van Heerden ook was gebeurd. Of althans, een verklarende woordenlijst. Dat gaf ons de kans om typisch Afrikaanse woorden in de tekst op te nemen zoals plaas (boerderij), stoep (veranda, lastig was wel dat we daardoor voor sypaadjie niet meer het woord stoep konden gebruiken), lokasie (woonbuurt voor zwarten of kleurlingen), bakkie (pick-up) en braai (barbecue).

Apartheid
De vele verwijzingen naar de Boerenoorlogen waren een ander probleem. We hebben uiteindelijk in de woordenlijst achterin ook een aantal personages toegelicht. De jongere lezer weet nog amper wat de Apartheid was, de Boerenoorlog is al helemaal oude geschiedenis.

Soms was het mogelijk een oplossing te vinden:

Kytie vanmôre sy staan haar staan by die krane haar Colenso
Kytie vat vanochtend post bij de kranen haar Waterloo.

Hier is Colenso (een plaats waar slag is geleverd in een van de boerenoorlogen) Waterloo geworden. Napoleon kwam al voor in het boek (Henkie heeft hele gesprekken met ‘zijn’ Napoleon, geïnspireerd door de ‘Napoleonborden’, familie-erfstukken die gekoesterd worden), dus in combinatie met het water kon het hier heel mooi.

Ons idee was om meer Afrikaans te laten doorklinken in de Zan-stukken, maar eenvoudig was dat niet; het moest ook begrijpelijk en vlot leesbaar blijven. Dus hoewel we soms een brede grijns kregen bij sommige woorden en uitdrukkingen gold hier eens te meer: kill your darlings, ofwel: een oplossing kan nog zo briljant gevonden zijn, als die niet past in de context, dan moet je meedogenloos zijn.

Wat we een enkele keer wel hebben gedaan is het verdubbelen van woorden: zij hap-hapt, zij schik-schikt, bijvoorbeeld.

Belangrijk was ook het ritme en de melodie. Hardop lezen was vaak de beste manier om te zien of de tekst ‘werkte’ en of de ongrammaticale zinnen wel begrijpelijk en ‘natuurlijk’ bleven.

Achteraf waren we blij dat we niet uit het Engels hebben vertaald. De Engelse vertaler was vaak heel vrij geweest in de vertaling van de Zan-stukken. Hadden wij die uit het Engels vertaald, dan was het een heel ander boek geworden. Bovendien was dan ook de spanning tussen de Engelse Zuid-Afrikanen en de ‘Boeren’, die wij wel konden laten doorklinken, helemaal verdwenen

Al met al was het een spannende onderneming. Bij het opnieuw bestuderen van de vertaling kwamen we natuurlijk dingen tegen die we nu misschien anders zouden hebben gedaan, maar dat is vrees ik een natuurlijke reactie van elke vertaler. Leve de deadline die de vertaler dwingt om te zeggen: zo, het is af.

5 Comments »

  1. Wat een interessante toelichting op jullie werk. Heeft het Afrikaans een woord voor ‘eye opener’? Want dat is dit. Ik heb genoten van de voorbeelden van de vertaalproblemen en had graag een vlieg op de muur willen zijn toen jullie met het boek bezig waren!

    En ik heb nooit geweten wat Colenso was. Ik heb jaren in de wijk Colenso in Soestdijk gewoond, zonder op te zoeken waar de naam vandaan komt… Nu weet ik het.

    Reactie by Els Franci — 3 maart 2012 @ 7.08 uur

  2. Ik woon zelf vlakbij de Afrikaner buurt in Amsterdam, en weet nu eindelijk wie al die mensen zijn. Heel leerzaam dus. En ‘eye opener’ zou zo maar oogopmaker kunnen zijn in het Afrikaans…;-), maar ik zal het eens opzoeken.

    Reactie by Karina van Santen en Martine Vosmaer — 4 maart 2012 @ 10.38 uur

  3. Ik bedoelde dus oogoopmaker, voor die eye opener, en het klopt nog ook.

    Reactie by Karina van Santen en Martine Vosmaer — 4 maart 2012 @ 16.13 uur

  4. Het is heel interessant te horen dat er eerst geen vertaler uit het Afrikaans was en dat de oplossing een vertaling uit het Engels was. Valse vrienden of geen valse vrienden zijn Nederlands en Afrikaans zijn vrij dichtbij elkaar, dwz bijna dezelfde taal.

    Persoonlijk vind ik het boeiend dat literatuur die in het Afrikaans geschreven wordt nu weer kosjer is, en dat de Anglo-Boer War en apartheid niet de hele receptie van deze literatuur nog de nek omdraaien. Een roman van Ingrid Winterbach werd vrij onlangs in het Engels bij Open Letter Books uitgegeven.

    Toch één vraag: is het niet vreemd dat je Afrikaanse boeken überhaupt in het Nederlands hoeft te vertalen? Is Afrikaans dan helemaal uit de scholen in Nederland verdwenen? Is het nog een tikkelje genant om het woord Afrikaans te noemen wat betreft literatuur?

    Ik zie een dergelijk fenomeen hier in Zweden met de Noorse en Deense literatuur, ondanks er natuurlijk geen kwestie van apartheid erbij hoort. De Noren en Denen kunnen weliswaar Zweedse boeken in hun landen kopen maar het tegenovergestelde geldt niet. In Zweden kan je zo goed als geen Noorse of Deense boeken kopen. Ze worden vertaald of vergeten. En zo is het inderdaad met Afrikaanse boeken in Nederland en Vlaanderen. Afrikaanse boeken “bestaan niet” als je in de boekenwinkels kijkt.

    (Tussen twee haakjes, toen “Agaat” van Marlene van Niekerk in het Zweeds werd vertaald kon je het woord “Afrikaans” niet op de omslag zien. Het boek werd uit het Engels vertaald en ze deden net alsof het een Engelstalig boek was.)

    Mijn tweede vraag is dus. als de Afrikaanse taal weer in de Nederlandstalige landen gerehabiliteerd wordt en boeken in die taal in de grotere boekenwinkels te koop zijn, denkt men dat deze literatuur weer de belangstelling van Nederlanders zou kunnen kweken?

    Reactie by Eric Dickens — 13 oktober 2012 @ 11.22 uur

  5. Jullie hebben uit het Afrikaans vertaald i.p.v. uit het Engels. Ik kan me voorstellen dat de schrijver het zelf in het Engels kon ‘vertalen’/ schrijven. Is het Afrikaans in het Engels heel anders vertaald dan jullie Nederlandse vertaling?

    Reactie by Marijke Lukker-Hirs — 15 januari 2014 @ 20.39 uur

RSS feed for comments on this post. TrackBack URL

Leave a comment

*

Powered by WordPress